Hout wordt in veel interieurdelen toegepast vanwege zijn vormbaarheid, mechanische eigenschappen en esthetische uitstraling. Tegelijkertijd vereist het materiaal bescherming tegen vocht, vervuiling en mechanische slijtage. Een duurzame afwerking zorgt voor behoud van het oppervlak onder wisselende omstandigheden. Afhankelijk van de toepassing en houtsoort worden verschillende technieken toegepast om hout langdurig functioneel en visueel stabiel te houden. Daarbij is kennis van het materiaalgedrag en de interactie met afwerkingsproducten essentieel.
Eigenschappen van onbehandeld hout bij binnengebruik
Onbehandeld hout is gevoelig voor vochtopname en vuilaanhechting. Zonder afwerking dringt water in de poriënstructuur, wat leidt tot zwelling, vlekvorming of verkleuring. Hout is hygroscopisch: het past zich aan aan de relatieve luchtvochtigheid van de omgeving. Hierdoor ontstaan bij schommelingen in temperatuur en vocht krimp- en uitzetbewegingen. Vooral bij binnenvloeren, trapdelen of meubels zijn dit ongewenste effecten. Daarnaast is het oppervlak zonder afwerking gevoelig voor chemische invloeden en bacteriegroei bij intensief gebruik.
Behandeling van massief hout met olie of was
Een veelgebruikte methode voor afwerking is het aanbrengen van olie of was. Deze producten dringen diep in de poriestructuur en vormen een ademende beschermlaag. Het voordeel van oliën is dat het natuurlijke uiterlijk van het hout behouden blijft, terwijl de waterafstotende werking sterk toeneemt. Wassoorten, op basis van plantaardige of minerale bestanddelen, zorgen voor een licht glanzende uitstraling en verhoogde slijtvastheid. Periodiek onderhoud is nodig om de beschermende eigenschappen te behouden. De keuze tussen olie of was hangt af van de belasting, het gewenste uiterlijk en het type hout.
Toepassing van laklagen voor verhoogde slijtvastheid
Voor oppervlakken met hoge gebruiksintensiteit, zoals werkbladen of traptreden, worden laklagen toegepast. Deze bestaan uit acrylaat-, polyurethaan- of alkydsystemen en worden aangebracht in meerdere dunne lagen. De lak vormt een harde, gesloten film boven op het houtoppervlak. Hierdoor wordt het hout volledig afgesloten van invloeden van buitenaf. Lakken zijn beschikbaar in matte, zijdeglans of glanzende uitvoeringen. De keuze van het laksysteem wordt bepaald door factoren zoals mechanische belasting, chemische resistentie en het gewenste onderhoudsregime.
Invloed van houtstructuur en nerfrichting op afwerking
De opname en hechting van afwerkingsproducten wordt beïnvloed door de structuur van het hout. Zachtere houtsoorten zoals grenen of vuren nemen meer product op dan hardhoutsoorten zoals eiken of teak.
Ook de nerfrichting speelt een rol: kopshout absorbeert meer vocht dan langshout. Bij het aanbrengen van een afwerklaag wordt daarom rekening gehouden met de houtdichtheid, vezelrichting en oppervlaktevoorbehandeling. Een egaal oppervlak met consistente absorptie ontstaat alleen na zorgvuldig schuren en ontstoffen. Vaak wordt daarbij gewerkt met een specialist in houtafwerking die ervaring heeft met producteigenschappen, applicatietechnieken en gedrag van het oppervlak onder belasting.
Verweerde oppervlakken en correctieve bewerkingen
Houten oppervlakken die langere tijd onbeschermd zijn gebleven, vertonen vaak verkleuring, craquelé of oppervlakteslijtage. Deze verwering kan hersteld worden door middel van droog schuren, nat reinigen of het toepassen van logen. De keuze van de methode hangt af van de dikte van de schade en de beoogde eindafwerking. Bij monumentaal of karakteristiek hout is het behoud van de structuur en patina vaak belangrijk. In dat geval wordt gebruikgemaakt van mildere reinigingsmiddelen en laag-intensieve schuurmethoden. Ook oude laklagen kunnen chemisch of mechanisch worden verwijderd, waarna het hout opnieuw behandeld kan worden.