Wie een tegelvloer laat leggen of renoveert, komt vroeg of laat voor de keuze te staan tussen geglazuurde en ongeglazuurde varianten. Beide hebben hun eigen kenmerken en toepassingen. Het verschil zit vooral in de afwerking, slijtvastheid en uitstraling. Afhankelijk van de ruimte, het gebruik en de gewenste look is de ene soort geschikter dan de andere. Een goed begrip van beide opties voorkomt verkeerde keuzes bij het kopen of plaatsen van tegels.
Bij geglazuurde tegels wordt er een glasachtige laag aangebracht over het oppervlak. Deze toplaag zorgt voor kleur, patroon en bescherming. Glazuur maakt het oppervlak gladder en minder poreus, waardoor vuil en vocht moeilijk kunnen binnendringen. Ongeglazuurde tegels zijn volledig door-en-door gebakken zonder extra coating. Daardoor is hun structuur robuuster en zijn ze vaak stroever. Het kleurverschil tussen binnen- en buitenkant ontbreekt, wat handig is bij slijtage of beschadiging.
Waarom de keuze samenhangt met de toepassing van keramische tegels
De toepassing bepaalt uiteindelijk welk type het meest geschikt is. In een woonkamer met vloerverwarming, een keuken met vetspetters of een badkamer met veel vocht werken geglazuurde tegels prettig en praktisch. Bij openbare ruimtes, winkels of trappenhuizen waar intensief gelopen wordt, zijn ongeglazuurde tegels vanwege hun slijtvastheid en grip vaak de betere optie.
Wie kiest voor keramische tegels, moet vooraf bepalen welke functie de ruimte heeft en hoe intensief de vloer wordt gebruikt. Alleen dan maak je een keuze die op lange termijn goed blijft functioneren én mooi blijft ogen.
Hoe het oppervlak invloed heeft op onderhoud en gebruik
Geglazuurde tegels zijn makkelijker schoon te maken. De glanzende of matte toplaag stoot vocht af en laat zich eenvoudig reinigen met een vochtige doek. Daardoor zijn ze zeer geschikt voor keukens, badkamers en andere ruimtes waar hygiëne belangrijk is.
Ongeglazuurde tegels nemen iets meer vuil op en vereisen vaak periodieke behandeling met een impregneermiddel. Dat maakt ze minder geschikt voor natte ruimtes zonder extra bescherming, maar juist weer wél voor ruimtes met veel loopverkeer zoals gangen of entrees.
Wat het verschil betekent voor slijtvastheid en levensduur
Bij ongeglazuurde tegels zit de kleur en structuur volledig in het materiaal. Slijtage is daardoor nauwelijks zichtbaar, zelfs niet na jarenlang gebruik. Bij beschadiging blijft de kleur behouden, omdat de toplaag niet verschilt van de rest van de tegel.
Geglazuurde tegels kunnen na verloop van tijd hun glans verliezen of oppervlakkige krassen vertonen, vooral bij intensief gebruik. Krassen vallen dan sneller op, zeker bij donkere of hoogglanzende tegels. In een ruimte met zware belasting, zoals een hal of winkel, zijn ongeglazuurde tegels daarom vaak een duurzamere keuze.
Hoe de uitstraling verschilt tussen beide varianten
Geglazuurde tegels bieden veel variatie in kleur, patroon en afwerking. Ze zijn er in houtlook, betonlook, marmerimitaties en tal van decors. Voor een interieur met nadruk op design en sfeer is dat een groot voordeel.
Ongeglazuurde tegels hebben een meer natuurlijke en sobere uitstraling. Ze worden vaak gekozen in projecten waar rust en eenheid belangrijk zijn. Denk aan moderne interieurs met strakke lijnen of industriële panden waar afwerking ondergeschikt is aan materiaalgevoel.